Laatst was er op het nieuws dat er in Twente een muntschat is gevonden. In verschillende media heb je hier over kunnen horen en lezen. In dit artikel zal ik kort ingaan op deze Twentse muntschat en wat deze betekent.
Twentse muntschat gevonden door amateurarcheologen
In 2019 vonden twee hobby-archeologen een aanzienlijke hoeveelheid gouden en zilveren munten en sieraden. Zij hebben deze vondsten netjes gemeld bij de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE). Hierop heeft de Rijksdienst samen met de twee vinders het gebied archeologisch opgegraven. Tijdens deze opgraving werden meer dan 70 gouden en zilveren munten en sieraden gevonden en een aantal paalsporen.
Wettelijke meldplicht
Nu denken een aantal mensen misschien, dat is mooi stom ik zou het niet gemeld hebben. De titel van deze paragraaf geeft het misschien al weg, maar je hebt een wettelijke meldplicht.
Het zit namelijk zo: In Nederland is het doen van een archeologische opgraving verboden tenzij je een opgravingsvergunning hebt. Een uitzondering hierop is de eerste 30 cm, deze is vrijgesteld. Hiervoor geld wel je moet toestemming hebben van de eigenaar van het land. Dit kan een boer zijn, maar ook bijvoorbeeld Staatsbosbeheer want openbaar land is nog steeds eigendom van iemand. En je bent verplicht je vondsten te melden, ook als je ze in je eigen tuin vind. Want archeologie is van ons allemaal. Heb je een vondst dan vind je hier meer informatie hoe en waar je het moet melden.
Wat is er nu gevonden
De vondsten en sporen
Er zijn op drie locaties minstens 94 munten, 6 gouden en 2 zilveren sieraden aangetroffen en een deel van een zwaartgreep versiering. Deze vondsten dateren uit de late 7e of het begin van de 8ste eeuw.
Daarnaast zijn er een aantal paalsporen aangetroffen. Paalsporen zijn de verkleuringen in het zand die achterblijven lang nadat de paal is weggerot of verwijderd.
De interpretatie
Maar wat zeggen deze sporen en vondsten nu over de locatie? Want het vinden van leuke spulletjes is heel leuk, maar wat is het verhaal?
Het is niet normaal dat men vroeger munten en sieraden zomaar in het rond strooide. En een begraven muntschat zoals we ze soms vinden zijn een aantal munten bij elkaar, daar was hier geen spraken van. En dan waren er die palen. Naast deze palen werden veel van de munten en sieraden gevonden, maar niet allemaal duidelijk ingegraven.
Dus wat was het nu?
Een cultusplaats
Na al het onderzoek kwamen de archeologen van de Rijksdienst samen met archeologen van de Universiteit van Amsterdam tot de conclusie dat het hier wel om een cultus plaats moest gaan.
Een cultusplaats was een plek waar mensen hun goden aanbaden. In Nederland had je het Germaanse volk wonen die aanbaden een heel aantal Goden met Wodan als oppergod. Het geloof richte zich op de natuur. Er werden bijvoorbeeld bomen aanbeden, maar ook palen die waarschijnlijk voorzien waren van afbeeldingen van Wodan en de andere Goden werden vereerd. Door bijvoorbeeld offers te brengen in de vorm van een muntstuk of een sieraad dat naast de paal werd begraven of in de paal werd gehangen.