Vandaag eet ik rijst en morgen pasta en misschien eet ik overmorgen stamppot. Ik kan vandaag uit zo veel verschillende voedselstijlen kiezen. Maar hoe zat dat vroeger en wat stond er toen op tafel? Wat werd er gegeten in de Middeleeuwen of in de 17e eeuw? En hoe weten we dit? In dit artikel ga ik in op die laatste vraag, en in komende artikelen ga ik in op de eerste vragen.
Wat stond er op tafel?
Eten is iets wat we hopelijk iedere dag doen. En het is heel belangrijk. Niet alleen om gezond te blijven, maar ook omdat het iets is dat ons verbind. Wij eten hier in Nederland anders dan dat ze in China doen. Eten is een onderdeel van onze cultuur en van iedere cultuur.
Wat mensen vroeger aten geeft ons informatie over hun leven, maar ook hun omgeving. Hier in Nederland groeien sommige gewassen simpel weg niet. Dus als mensen dat wel aten hoe komen ze daar dan aan? Dan hadden ze dus handelscontacten. Maar zoals hierboven al staat ga ik in dit artikel niet in op wat de mensen nu specifiek aten, maar op de vraag hoe wij dat weten.
Archeologische resten van eten
Zoals je je vast kan bedenken gaat de archeoloog jullie vertellen dat we resten van eten in de archeologie terug vinden. Zo simpel is het. Einde van dit artikel 😉 nu weet je alles. Maar nu wil je vast weten wat voor een resten we terug vinden. Ik zal dat zo krot mogelijk proberen te beschrijven.
Macrobiotische resten
Onder de juiste omstandig heden kunnen we macrobiotische resten terug vinden. Dit zijn resten van planten zoals zaden, pitten, stengels of wortels. Een archeobotanist kan in het laboratorium deze resten vaak determineren. En ons vertellen van welke plant deze afkomstig zijn of welke plant familie.
Archeobotanist
Een specialist op het gebied van archeologische botanische resten.
Pollen
Iedereen met hooikoorts kent het wel, pollen. Bijna iedere plant maakt in meer of mindere maten pollen. Pollenonderzoek geeft ons een goed beeld van wat er in de omgeving groeide. Het verteld vaak iets minder over het specifieke eten op die locatie, maar pollen blijven wel beter bewaard in de bodem waardoor het vaak waardevolle informatie kan geven over wat er in de buurt van de locatie groeide.
Archeozoölogisch onderzoek
Onderzoek naar dierlijke botten kan ons informatie geven over wat mensen vroeger aten. Nu komt het zelden voor dat je je eigen vlees moet uitbenen. Vroeger deed je niet anders. Nu gooi je je afval in de vuilnisbak, maar ook die hadden mensen vroeger niet. En dus vinden we veel dierlijk botmateriaal dat is weggegooid. En op de botten kunnen we vaak sporen zien die aangeven of het dier is opgegeten en ook hoe out het dier toen was. Dit geeft direct informatie over wat mensen aten, maar ook hoe ze met dieren omgingen.
Potten
Vroeger werd bijna alles in aardewerken potten gekookt. Aardewerk is poreus en daardoor konden minuscule deeltjes de pot intrekken. Hierdoor kunnen we met speciale technieken achter halen wat er in de pot is gekookt. Zo heeft de melk van een koe, geit en paart een ander soort opbouw. Van de melk kan het residu van het vet in de pot trekken en dit kunnen we dus terug vinden.